Dat heeft alles te maken met de monsters, die achter de putjes wonen. En die monsters bestaan: zodra ik in het diepe lig, met mijn oren onder water, dan kan ik ze duidelijk horen. Ze komen, zodra Mieke even niet kijkt.
‘Marloesje, kletskous, daar ga je, hoppetee.’ En terwijl ze het zegt, duwt Mieke me zo in het diepe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten